“Gekrenkte geestvermogens”

 redactie: Jodi van der Giesen

reacties/opmerkingen:karibuni@tele2.nl

nr.

15


Goh, … hoe te beginnen met een potentieel moeilijk relaas als dit.

Toen er, begin 2011, nog discussie over bestond of de “ouwe koeien” wel de moeite waard zouden zijn om op Tremele te mogen verschijnen, en zowel Bea van Leur als Jos van Koolwijk gezamenlijk een avondje koffie zijn komen drinken om daar beter over te kunnen oordelen, bestond mijnerzijds nog de oprechte vrees dat lezers of lezeressen zich mogelijkerwijs door deze, eenmaal gepubliceerde, artikelen geschoffeerd zouden kunnen gaan voelen.

Of dat dezelfden of anderen zich beledigd zouden achten, en wellicht in hun eer aangetast op een zodanige manier, dat ze op “hoge poten” fysiek of verbaal hun verhaal zouden komen halen. Alhoewel op generlei wijze de intentie ooit hebbend om mensen te kwetsen of te krenken, is het soms niet te vermijden om de – ouwe ‒ koe stevig bij de horens te pakken en zaken neer te zetten zoals ze onherroepelijk blijken te zijn, anno nu of terugspeurend en -blikkend op het verleden en glasheldere schriftelijke documentatie in de gemeentelijke en landelijke archieven.   

Kon ik verbale opmerkingen tegemoetzien of gechargeerde e-mailtjes, vroeg ik me destijds af, toen ik schreef over een grafmonumentopschrift, dat de overleden persoon tien jaar jonger deed zijn toen hij overleed, dan hij in werkelijkheid heeft mogen worden. Ik verwachtte dat wel, maar … niets!

Of toen ik schreef over al die Hoksen, die na jaren Hoks geheten te hebben, toch bleken rasechte Timmermansen te zijn. En ik me op de Tremele website afvroeg of alle hedendaagse Hoksen wel allemaal oorsprónkelijke Hoksen waren … en zijn … en ze me erop aan hadden kunnen spreken over waar ik me eigenlijk mee bemoeide! Maar … niets!

Ik waag de stap dan ook maar om dit artikel het daglicht te laten zien, ondanks wat er mogelijk boven m’n hoofd hangt. Wie niet waagt, die niet wint, al is winst wel het àllerlaatste dat ik nastreef.

Onvermoeid en onstuitbaar is de registratie van geboorteakten inmiddels in 1897 aangekomen en de 6e geboorteakte van dat jaar verhaalt over …

 

.. de geboorte van Maria Catharina, dochter van Antoon Janssen en Johanna van Sommeren. Het is hun eerste gezamenlijke kind, althans in zoverre als ze in Dreumel hebben gewoond. En daar, of hier, woonden ze al heel lang. Antoon zelf is op 18 november 1864 in Dreumel geboren en Johanna van Sommeren op 4 februari 1869, ook in Dreumel. 

Hoe deze twee Dreumelnaren met elkaar in aanraking zijn gekomen, eerst in figuurlijke en na verloop der tijd, letterlijke zin, is niet bekend. Zo groot is Dreumel nu nog steeds niet en een slordige 115 jaar geleden was het nog kleiner, slechts een woongemeenschap biedend voor ongeveer 2200 inwoners.

Over het ontmoeten van elkaar in kleine dorpsgemeenschappen schrijft Dhr. Jan van Tiggelen op zijn Stamboom website www.tiggelen.net

Mensen zochten (Red: en vonden) hun partner bij voorkeur in de eigen woonplaats. Je ontmoette elkaar op het werk, op feesten en bij kermissen of bedevaarten. De rijken waren noodgedwongen wat mobieler omdat het vaak moeilijk was om een geschikte (lees vermogende) partner te vinden in de eigen woonplaats. Wie toch een partner zocht buiten de eigen dorpskern ging niet verder dan in een straal van zo’n 10 kilometers. Vrijers die zich over meer dan 5 of 10 kilometers verplaatsen en er dus een wandeling van één of twee uur voor over hadden om hun liefje te bezoeken, waren dun gezaaid”.

Antoon en Johanna hebben elkaar zonder enige twijfel in of rond Dreumel ontmoet en … besloten, ongetwijfeld na verloop van enige tijd, dat ze wel met elkaar wilden gaan trouwen. Hetgeen je dan vervolgens wel eerst bekend diende te maken bij een gemeentelijk ambtenaar. Aldus geschiedde. De huwelijksàànkondiging.

 

 

Het àànkondigen of in ondertrouw gaan moest wettelijk minimaal twee weken vóór het huwelijk geschieden. Maar doorgaans duurde deze periode tussen ondertrouw en huwelijk aanzienlijk langer.

Maar eerst – tussen in ondertrouw gaan en het huwelijk zelf ‒ was er dan nog sprake van de huwelijksàfkondigingen, die in twee fases verliepen. Heel weinig gras hebben Antoon en Johanna er slechts over laten groeien, want twee dagen nadat ze hun huwelijkse plannen gemeentekundig hadden ààngekondigd, werd hun huwelijk publiekelijk “… voor het huis der gemeente …” àfgekondigd, voor de eerste keer.

 

En de tweede afkondiging van hun voorgenomen huwelijk volgde al ras.

 

 

Waarom twee afkondigingen nodig werden geacht en niet één, of drie, of zelfs vier of meer, is onduidelijk. Deze afkondigingen werden daadwerkelijk aangeplakt aan de voorzijde van het gemeentehuis, opdat eenieder die bezwaar had tegen het afgekondigde huwelijk, dat kenbaar zou kunnen maken. Of er een afgebakende reguliere periode bestond gedurende welke bezwaar-hebbenden hun grieven kenbaar konden maken is … ook al onbekend.

Woonde één der huwelijkspartners in een andere gemeente, dan werden de afkondigingen ook aldaar publiekelijk getoond. En … waar zou de registratie, en hun bezwaren, gebleven zijn van personen die het met een huwelijk niet eens waren. Zulks zal zich toch ooit voorgedaan hebben en mogelijk zijn daardoor wel aan- en afgekondigde huwelijken op de klippen gelopen of afgeblazen. Maar, geen Burgerlijke Stand-registratie hiervan.

Dus,

op                   3 april 1896 vond de huwelijksAANkondinging plaats.

Op                   5 april 1896 vond de eerste huwelijksAFkondiging plaats.

Op                  12 april 1896 vond de tweede huwelijksAFkondiging plaats.

En op             22 april 1896 werd er dan daadwerkelijk gehuwd.

 

Het huwelijk was een voldongen feit en …

 

… een berekende blik op de kalenders van 1896 en 1897 leert ons al snel dat de gehuwde status van Antoon en Johanna al spoedig het gewenste resultaat opleverde. En tegelijkertijd dat hier geen sprake was van een “moetje”. Maria Catharina werd immers “pas” op 11 februari 1897 geboren.

Even terug naar die trouwakte, want daarop wordt – vanwege ruimtegebrek ‒ in kleine lettertjes toch iets, en voor het eerst in alle geboorteakten tot nu toe, zeer opmerkelijks naar voren gebracht, waardoor overigens de aarzeling werd veroorzaakt of dit artikel wel of nooit het daglicht zou moeten zien.

 

En

Johanna van Sommeren, jonge dochter,

van beroep :                         zonder

Oud :                          zevenentwintig jaren

Geboren te :             Dreumel

Wonende te :           Dreumel

 

Meerderjarige dochter van Willem van Sommeren die ….. blijkens hierbij overlegde geneeskundige verklaring geregistreerd te Tiel den dertienden April dezes jares wegens gekrenkte geestvermogens niet in staat is zijne toestemming tot een Huwelijk te geven … en van Wilhelmina Luijpen, beiden zonder beroep, echtelieden, wonende te Dreumel.

De moeder der Bruid hierbij tegenwoordig zoo voor zich en om voornoemde reden in de plaats komende voor haren vader verklaarde toestemming tot de voltrekking van dit huwelijk te geven.

En de “… hierbij overlegde geneeskundige verklaring, geregistreerd te Tiel …” kan teruggevonden worden bij de huwelijkse bijlagen, die met elk huwelijk gepaard gaan. Immers, op de huwelijksakte wordt gewag gemaakt van overlegde extracten, certificaten en verklaringen, bedoeld om de gemeentelijke secretaris er voor de volle honderd procent van te overtuigen dat er geen enkele twijfel hoefde te bestaan over de al in eerdere akten vastgelegde identiteit van de personen die wilden gaan trouwen.

 

Dus,

op                    3 april 1896 vond de huwelijksAANkondinging plaats.

            en op 3 april 1896 wordt ook het extract van de geboorteakte van Antoon

                        Janssen opgemaakt.

Op                   5 april 1896 vond de eerste huwelijksAFkondiging plaats.

Op                   12 april 1896 vond de tweede huwelijksAFkondiging plaats.

En op              22 april 1896 werd er dan daadwerkelijk gehuwd.

 

Dus,

op                    3 april 1896 vond de huwelijksAANkondinging plaats.

en op               3 april 1896 wordt het extract van de geboorteakte van Antoon Janssen opgemaakt.

            en op 3 april 1896 wordt óók het extract van de geboorteakte van Johanna van

                        Sommeren opgemaakt.

Op                   5 april 1896 vond de eerste huwelijksAFkondiging plaats.

Op                   12 april 1896 vond de tweede huwelijksAFkondiging plaats.

En op              22 april 1896 werd er dan daadwerkelijk gehuwd.

 

Maar,

            Op      9 januari 1896 wordt het certificaat met betrekking tot de voldoening

                        aan de Nationale Militie voor Antoon Janssen al opgesteld.

op                    3 april 1896 vond de huwelijksAANkondinging plaats.

en op               3 april 1896 wordt het extract van de geboorteakte van Antoon Janssen opgemaakt.

en op               3 april 1896 wordt ook het extract van de geboorteakte van Johanna van

                        Sommeren opgemaakt.

Op                   5 april 1896 vond de eerste huwelijksAFkondiging plaats.

Op                   12 april 1896 vond de tweede huwelijksAFkondiging plaats.

En op              22 april 1896 werd er dan daadwerkelijk gehuwd.

 

En tenslotte,

Op                   9 januari 1896 wordt het certificaat met betrekking tot de voldoening

                        aan Nationale Militie voor Antoon Janssen al opgesteld.

op                    3 april 1896 vond de huwelijksAANkondinging plaats.

en op               3 april 1896 wordt het extract van de geboorteakte van Antoon Janssen opgemaakt.

en op               3 april 1896 wordt ook het extract van de geboorteakte van Johanna van

                        Sommeren opgemaakt.

Op                   5 april 1896 vond de eerste huwelijksAFkondiging plaats.

Op                   12 april 1896 vond de tweede huwelijksAFkondiging plaats.

            Op      13 april 1896 wordt de geneeskundige verklaring met betrekking tot de gekrenkte

                        geestvermogens van Willem van Sommeren opgesteld.

En op              22 april 1896 werd er dan daadwerkelijk gehuwd.

 

Waarop verklaard wordt dat “… bij dit onderzoek is gebleken dat de geestvermogens van genoemde Willem van Sommeren zoodanig gekrenkt zijn, dat hij niet in staat is zijn toestemming te geven tot een huwelijk tusschen zijn dochter Johanna van Sommeren en Antoon Janssen …”.

Uiteraard was Willem van Sommeren niet de enige, noch de eerste en zeker ook niet de laatste met gekrenkte geestvermogens. In ons moderne rechtssysteem worden daders gedeeltelijk en soms zelfs ook geheel ontslagen van rechtsvervolging *), omdat welbeschouwd, de wet stelt …

 

*) TerBeschikkingStelling (verplichte plaatsing in een inrichting voor geesteszieken) wordt dan wel vaak opgelegd zodat een persoon geholpen kan worden.

Daar waar we niet weten, en nooit meer te weten kunnen komen, wanneer voor het eerst werd vastgesteld dat de geestvermogens van Willem van Sommeren gekrenkt waren, is door middel van zijn doodakte wel vast te stellen wanneer hij daar nooit hinder meer van zou ondervinden:

 

Willem van Sommeren overleed op 18 juni 1896, twee maanden nadat zijn dochter in het huwelijk trad met Antoon Janssen. Opa is hij nooit geworden.

Het is ook niet bekend of Willem van Sommeren altijd al – alle 69 jaren die hij geleefd heeft ‒ gekrenkte geestvermogens had, of dat deze ziekte hem pas op latere of gevorderde leeftijd is overkomen. Hij trouwde – pas ‒ met Wilhelmina Luijpen op 14 april 1864, op 37-jarige leeftijd.

 

Als zijn beroep werd toen arbeider genoteerd, maar het is mogelijk dat je dat ook kon worden of zijn mèt gekrenkte geestvermogens.

En bij de ook toen al verplichte huwelijksbijlagen zien we wederom een verklaring van de commissaris des Konings, waarin verklaard wordt dat Willem van Sommeren gewoon in dienst had gemoeten, ware het niet dat hij buiten de oproeping is gebleven. Wat dat ook moge betekenen.

Op www.hetutrechtsarchief.nl wordt omschreven dat “Tijdens de loting werd een lotingsregister aangelegd op nummer van het lot van de ingeschrevene. Daarna gingen de lotingsregisters naar de militieraad, die de verzoeken tot vrijstelling, in verband met lichamelijke gebreken of broederdienst, beoordeelde.”

 

Velen, met soortgelijke gekrenkte geestvermogens, gingen Willem van Sommeren al voor en velen zijn nog na hem gekomen.

Op de website van www.enigstetroos.org , waarin Dr. A.H. Bogaards “over het boek Ezechiël” schrijft staat onder andere:

 

 

In het Pharmaceutisch weekblad 1904 wordt een verhandeling gehouden over wie wel of niet een goede apotheker zou kunnen zijn en men schrijft:

 

In het Biografisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde wordt het volgende geschreven over ene Jan Frans Brouwenaar:

In de schatkamer van de Nederlandse Taal wordt de definitie gegeven van een “Beterhuis” …

 

 

En, ten slotte, wordt in 1902 een speciale Staatscommissie in het leven geroepen ...

 

 

Had dit verhaal nu, mogelijk beter, in de vergetelheid verder vergeten moeten worden … of biedt het wederom een ontnuchterend kijkje in de Dreumelse zeer gemêleerde samenleving van destijds?

 

**) Mocht iemand zich – verder ‒ willen verdiepen in het lot van personen met gekrenkte geestvermogens en/of krankzinnigen door de eeuwen heen, dan is dit …

 

 

            http://groniek.eldoc.ub.rug.nl/FILES/root/1981/I_81/genbehende_6/article.pdf

... een absolute aanrader en mogelijk wel een ontzagwekkende “eye-opener”. Niet schrikken!!