Spijkweg

Kadastraal:
Sectie E nr. 37 (en in oorsprong ook) nr. 36.
Grootte: respectievelijk 1.20.30 Ha. en 2.12.40 Ha.

 

situatie voor de ruilverkaveling: kaart Meertensinstituut (ca. 1950 - 1955)

 
In aanvang bestond de Spijkweg uit de percelen 36 en 37 (voor 1814 respectievelijk nr. E 89 en E 86). In 1814 werd perceelnummer 36, eigendom van pastoor Jacobus van der Heijden, gesplitst in vijf akkers........
 

 

situatie (bij benadering) in 2018.

 
Eigenaar:

1814: Pastoor Jacobus van der Heijden. Het perceel wordt in 1815 -opgedeeld in vijf akkers- verpacht.

1832: Adam Adams.

1872: Mej. De Weduwe W. Storij. Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche Courant d.d. 24-09-1872

1876: Mej. De Weduwe W. Storij. Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche Courant d.d. 23-09-1876

1891: Familie Storij. Nieuwe Tielsche Courant d.d. 15-04-1891

1913: L.L. Schreven. Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche Courant d.d. 01-05-1913

 

Provinciale Noordbrabantsche en
's Hertogenbossche Courant d.d. 23-09-1876
Provinciale Noordbrabantsche en
's Hertogenbossche Courant d.d. 24-09-1872
 
   
   

Provinciale Noordbrabantsche en
's Hertogenbossche Courant d.d. 01-05-1913

 
 
Nieuwe Tielsche Courant d.d. 15-04-1891  
 
Verklaring / betekenis van de naam van het perceel
 
M. Schönfeld schrijft hierover in zijn boek "Veldnamen in Nederland":
 
"Spikke is in Oost-Nederland een primitief bruggetje van slieten, takkenbossen en plaggen, ook horde van rijshout, twijgbrug, synoniem van v(l)eken. Zulke bruggetjes dienden allereerst voor het vee; vandaar oostveluws Het Schaap-spik (19e eeuw). Een variant van spik, nl. spek 37) - o.a. in de samenstelling spekdam, d.i. een los opgeworpen dam in een sloot - is bewaard in oud-gelders Spec(k)lant, sedert 1390 meermalen genoemd als naam van een stuk land onder Driel.
 
 37) Ook kennen we spik in de betekenis van knuppelweg, d.w.z. weg, verbeterd door "knuppels" dwars over de gaten en modderpoelen te leggen.
 
Een andere vorm van spijk - wellicht bewaard in de plaatsnamen Spijk, Enspijk, Doornspijk - treft men o.a. aan in de veldnamen Het Spijk, weiland onder Kampen, Spiek onder Beilen."
 
De naam Spijk kan ook verwijzen naar een bijgebouw of schuur op het erf van een boerderij. Zo zijn de talrijke veldnamen Het Spijker of De Spijker ontstaan, bijvoorbeeld Oud-Gelders (Op) de Spijcker (Ammersooi 1402); Nieuw-Gelders Het Spijker (Elst). De algemene betekenis van het woord spijk is ontleend aan "spicarium", een korenschuur.
 

Edelman / Vlam zegt over "spijk":

"Spijk (vgl. Spijkweg)
Spijk-namen zijn in ons gebied niet zeldzaam. Daar het hier percelen betreft, die langs oude of nieuwe waterlopen zijn gelegen, kunnen wij ons verenigen met de door Beekman (1907, p. 1517) opgegeven betekenis van tuin of gevlochten rijshout ter bescherming van de walkant, hoewel de door Moerman (1930, p. 45) daaraan gehechte betekenis van overgang of brug ook overweging verdient." 

Bron: Edelman / Vlam – Over de perceelsnamen van het Nederlandse rivierkleigebied Betuwe en Bommelerwaard, blz. 41

 

Henk Beijers vermeldt hierover:
"Schönfeld brengt dit element, met als varianten spik en spijk, in verband met een primitief bruggetje van takkenbossen en plaggen, ook horde en rijshout.
Zulke bruggetjes dienden allereerst voor het vee. De naam Spekt onder Nuenen verwijst naar zo’n waterovergang."

Zie ook: "Spekkerskamp."

 

De "Navorscher" vermeldt tenslotte het volgende:
"Te Buurmalsen heet een bouwhof de hooge Spijk, een bouwland de Spijk (Speijk). Een weiland te Tricht is bekend onder den naam van de Spijk, ter aanduiding dat daar weleer een getimmerte stond. Te Dreumel heet een bouwland (de Spijkweg (= de weg naar “de Spijk"); te Ingen een bouwland het Spekland (= het land bij “de Spijk"); te Maasbommel een soortgelijk perceel de Spekkamp ( = de kamp bij “de Spijk")."

 
Bijzonderheden
Straatnaam: (de) Spijkweg.
 
 

Spijkweg

Bronvermelding

  • Verpachting door Jacobus van der Heijden d.d. 30-08-1814;
  • Kadastrale kaart Hisgis van 1832;
  • Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche Courant d.d. 24-09-1872; 23-09-1876 en 01-05-1913;
  • Nieuwe Tielsche Courant van 15-04-1891;
  • Henk Beijers Archief;
  • Edelman / Vlam – Over de perceelsnamen van het Nederlandse rivierkleigebied Betuwe en Bommelerwaard;
  • M. Schönfeld “Veldnamen in Nederland”;
  • De Navorscher uitgave 1881;
  • Stichting Tremele.