Het koolmeesje

het vogeltje met het alpinopetje


redactie - Tineke Vink - Liefkens


 
Terwijl ik achter de computer zit en eigenlijk een beetje aan het denken ben “Wat zal het volgende dier van de maand kunnen worden?” komt het antwoord op deze vraag zo voorbij vliegen: het Koolmeesje.

Als ik uit het raam kijk, hangt buiten precies in mijn oogrichting een mezenpot. Dat is een aarden kruik die in de breedte tegen de muur hangt.

Voor de opening landt een koolmees. Met een hele hoop herrie en stoer gedrag gaat hij de mezenpot in.

Op zoek naar eten. Spinnetjes die dachten lekker beschut de wintermaanden door te brengen in een veilige mezenpot hebben op deze lente aanvoelende middag toch pech.

   

De koolmees komt zeker weer terug om in het voorjaar een gezinnetje te stichten in onze mezenpot. Elk jaar genieten wij van zorgzame mezen, die hun kroost grootbrengen op nog geen twee meter afstand van ons en alleen een raam ertussen. Prachtig!

 
Algemene informatie

Het is misschien wel het bekendste vogeltje van Nederland: de koolmees. Vrijwel iedereen die een nestkast in de tuin, park of bos heeft hangen kan rekenen op de aanwezigheid van deze geel-groen-zwarte acrobaat. Verder komen zij in heel Europa, Azië en Noord-Afrika voor.

Nestplaats

Zij hebben een groot aanpassingsvermogen om een nestplaats te vinden. Nesten zijn al gevonden in verkeerslichten, ongebruikte machines en regenpijpen. Ik weet dat de Maria school in Boven Leeuwen elk jaar een paartje koolmezen in de brievenbus van de school heeft. De conciërge hangt er dan het naambordje “ Fam. Mees” bij. Ik hoop dat ze de mezen op tijd vertellen dat er naar een andere woning gekeken moet worden nu het nieuwe Kulthuis er komt en de oude school met z’n uitnodigende brievenbus afgebroken wordt. De koolmees krijgt 8 tot 10 jongen. De broedtijd is 13 of 14 dagen.

 
Uiterlijk

Mannetje en vrouwtje lijken sterk op elkaar. Allebei hebben zij een gitzwart alpinopetje op. Maar toch zijn ze goed te onderscheiden. Mannetjes hebben namelijk een flinke brede zwarte stropdas over de gele borst hangen, terwijl dat bij de vrouwtjes slechts een dun sjaaltje is. De lengte is 14 cm en het gewicht 20 gram.

Zang

De koolmees is bekend om zijn repertoire aan geluiden. Een beetje koolmees kent wel 40 varianten op de koolmeeszang. Door overal in zijn territorium een ander deuntje te zingen, denken mezen uit de omgeving dat het gebied al druk bewoond is door koolmezen. Over elkaar voor de gek houden gesproken... De buurmees past precies hetzelfde truckje toe!

Leefgewoonte

De koolmees is een holenbroeder. In Nederland leven veel meer koolmezen dan er natuurlijke boomholten zijn. Het aantal hangt dan ook af van de beschikbare natuurlijke en kunstmatige holen die onmisbaar zijn voor de nachtrust en voortplanting van deze vogel. Een groot deel van de mezen bewoont dan ook een nestkast. De wintersterfte is minimaal. Door gul gegeven vetbollen en pindanetjes is de sterfte lager dan in een natuurlijker situatie. Toch wordt een koolmees maar een of twee jaar oud.

Voedsel

In de zomer zijn insecten en rupsen favoriet. Bij schaarste pakken ze ook wel plantaardig voedsel, zoals oliehoudende zaden en hazelnoten. In de winter bezoeken ze graag de voedertafel. Het is prachtig een mees aan een vetbol te zien bungelen of een mees een pinda geklemd tussen de fragiele pootjes met zijn snavel zien te bewerken.

Ook vertelde Bert de Jong dat de koolmees met z’n snavel bij zijn bijenkast op het aanvliegplankje gaat zitten tikken.

   

De bijen in de kast worden nieuwsgierig, komen kijken door de vliegopening en …..hap de koolmees heeft een bijenmenu.

Jonge mezen krijgen 40 tot 70 keer per dag een portie voedsel, meestal muggen en rupsen. Als ze 18 dagen oud zijn en goed in de veren zitten verlaten ze de nestkast. Een koolmees heeft meestal één broedsel per jaar.
 
Toch hebben koolmezen zorgen!

Het lukt de laatste tien jaren niet meer om de eieren precies op het goede moment te leggen. Iedere keer zijn de meesjes te laat. Zodra de jongen uit het ei kruipen en Pa en Moe volop rupsen als voedsel moeten gaan zoeken is de piek van de rups net voorbij. Die zit dan net in zijn cocon en is onbereikbaar voor de koolmees.

Door de verandering van temperatuur in ons land is de koudbloedige rups van de wintervlinder ook mee aan het veranderen. De rups begroet het vroege voorjaarszonnetje door eerder uit zijn overwinteringseitje te kruipen. De koolmees houdt zich vast aan de oude gewoonte en komt dan juist te laat voor de lekkere hapjes.

Maar de rups heeft ook zijn probleem. Als de rups net uit zijn ei is gekropen zijn de verse bladeiken-knoppen nog niet open. De eik blijkt niet te reageren op de vroege hogere temperaturen. Kortom de rupsen zijn te vroeg. Wij mensen moeten het opwarmen van de wereldbol toch maar eens serieus gaan nemen.

Knutselen
 

Als u nog wat afvalhout hebt liggen is hier een beknopte tekening om een mezenkast te maken. Dan hebt u deze zomer ook de koolmees in de tuin.

Op de tekening staat geen aanvliegstokje Dit hoeft ook niet per se, maar een klein stokje of latje voor enig houvast vindt de mees toch wel fijn.

Hang de kast op 2 – 3 meter hoogte. Met het vlieggat bij voorkeur in noordoostelijke richting. Let op dat niet de hele dag de zon op de kast staat en de zuidoostelijke wind de regen niet naar binnen kan jagen.

Hiernaast een schets met de afmetingen van een koolmeeskast. Deze kast is ook geschikt voor de pimpelmees, de spreeuw en de bonte vliegenvanger. Een simpele beschrijving hoe je zo’n kast kunt maken staat op deze website.

Hieronder een mooi overzicht van foto’s die genomen zijn in een nestkast tijdens de broedperiode van de koolmees. Kun je ook mooi zien hoe de eitjes van de koolmees er uitzien. Klik hier om de website te bekijken.

   

Tot volgende maand!