Sint Jansvlinder

juni 2010


redactie - Tineke Vink - Liefkens


Eigenlijk had ik al voor mezelf beslist om geen vlinders meer te fotograferen. Ik heb al wat tijd verspeeld om een mooie foto te maken van een vlinder. Als ik knipte sloeg het kleurig vlindertje net zijn vleugels dicht. Of ik loop ze na van bloem naar bloem en uiteindelijk nog niks. Maar vandaag zat het mee!

Een geweldig mooie Sint Jansvlinder op knoopjeskruid. Dacht ik dat het toch uiteindelijk gelukt was een goede foto van een vlinder te maken, lees ik thuis in een boek dat hij totaal niet schuw is. Maar de foto heb ik.

 

 
De Sint Jansvlinder of men zegt ook wel Bloeddropje.

 

Kenmerken
   
Latijnse naam: Zygaena filipendulae.

Het is een nachtvlinder die overdag actief is. Nachtvlinders herken je aan de verdikte antennes. Dagvlinders hebben smallere sprietjes op hun koppie staan.

De voorvleugels hebben een spanwijdte van 30 tot 38 mm en zijn glanzend zwart  met 6 bloedrode stippen. De rode vlek aan de vleugelbasis is gescheiden door een ader en telt voor twee.

De achtervleugel is rood met een dun zwart randje. Hij vliegt wat onhandig van bloem naar bloem en is totaal niet schuw.

 

Leefgebied
De Sint Jansvlinder komt voor in heel Europa van de lagere gebieden tot op wel 2000 meter hoogte. Aan bosranden en open grasplekken die rijkelijk begroeid zijn met bloemen. Waardplanten zijn rolklaver, distel, knoopjeskruid en andere lekkere nectarplanten.

 
   
 
Uitbreiding
Van half juni tot begin augustus vliegt de Sint Jansvlinder. Van september tot het jaar erop verpopt de vlinder zich. Eerst legt hij eitjes, dan overwintert hij als rups. De rups is felgeel met zwarte stippen in de lengte van zijn rug. Deze spint een glanzende gele cocon waarin de vlinder zich verpopt.