Op een dag zat Alba,
een verleidelijke witte nimf met golvende goudgele haren,
aan de oever van een meer. Daar zag Nitella de god van de
haargroei haar en werd op slag hopeloos verliefd. Als God
van de haargroei had hij een enorme bos haar op zijn hoofd,
een lange baard en een grote bos krullen op zijn borst.
Vele kalende mannen wendden zich dan ook tot hem voor
advies.
Alba had al heel wat
mannen het hoofd op hol gebracht. Ze fluisterde in het oor
van de verliefde Nitella: ‘Ik zou je lief kunnen hebben,
maar ik zou verstrikt raken in je lange natte haren, als ik
met je zou gaan zwemmen. Ik zal je geliefde worden als je je
haren afknipt.’
Nitella was in de
war, wat moest hij doen? Wat is een god van de haargroei
zonder haren? Maar zijn verliefdheid won het van zijn
gezonde verstand. Hij knipte al zijn haren af en gooide die
in het meer. Toen Alba en Nitella elkaar daarna zwemmend in
het meer omhelsden, bulderde plotseling de oppergod:
‘Idioot, je gooit je grootste gave weg voor een
verliefdheid. Je bent het niet waard een god te zijn! Vanaf
heden zal je kaal zijn en je verstrikken in de haren die je
nu hebt weggegooid. En Nimf, je hebt weer een man verleid
tot onzalige daden. Dat zal nooit meer gebeuren en daarom
verander ik je in een waterbloem!’
Binnen een uur
veranderde Alba in een waterplant en zwom Nitella kaal en
naakt te midden van zijn lange haren, die groeiden en
groeiden tot op de dag van vandaag. Heel soms zie je de
verwarde god boven het water uitkijken, bedekt met een laag
draadwieren.
De witte nimf leeft
voort als Nimphe alba. ’s Zomers betoveren haar witte
bloemen met een goudgeel hart menige sloot en meer. Als je
naar de grote drijvende bladeren kijkt, zie je in de
hartvormige bladeren de verwijzing naar haar
verleidingskunsten.
Na deze gebeurtenis
werd ze ook voortaan in verband gebracht met watergeesten en
geesten van verdronkenen. |